Conversatietraining: een innovatieve therapeutische benadering

De samenvatting van de werkgroep literatuur gaat deze maand over een single case studie naar innovatieve methoden voor conversatietraining. Hierbij wordt authentieke conversatie als middel ingezet.

Damico, J., Tetnowski, J., Lynch, K., Hartwell, J., Weill, C., Heels, J., & Simmons-Mackie, N. (2015). Facilitating authentic conversation: An intervention employing principles of constructivism and conversation analysis. Aphasiology, 29(3), 400-421.

Achtergrond

De toenemende belangstelling voor sociale activiteiten in het leven van personen met afasie (PMA) maakt het urgenter om als logopedist meer aandacht te richten op conversatie als een doel voor interventie. Er zijn een aantal innovatieve benaderingen ontworpen, maar de meesten vallen uit als authentiek gesprek voeren het middel is.

Doel

Dit artikel biedt een alternatief voor die interventiemethoden. Het beoogt de interactionele vaardigheden van PMA te verbeteren door authentieke conversatie als middel in te zetten. Om dit te bereiken is volgens auteurs van het artikel heroriëntatie op de leerprincipes nodig. Damico et al. zijn van mening dat de meer traditioneel gestructureerde leertheorie van het behaviorisme minder ruimte zou bieden aan het laten ontstaan van authentieke conversatie. Hiervoor zouden de principes van het constructivisme betere aanknopingspunten bieden. Deze leermethode focust minder op de gedragsverandering zelf, maar meer op het stimuleren, herstellen en inhiberen van voor de PMA relevante cognitieve strategieën in een zo natuurlijk mogelijke context.

In dit artikel wordt het laatste principe toegepast op de interventiemethode, Facilitating Authentic Conversation (FAC) en uitvoerig beschreven.

FAC heeft als doel het stimuleren van effectieve communicatie tussen PMA en zijn interactiepartners door het doelmatig inzetten van gespreksvaardigheden. Het leerproces verloopt van bewustwording van (on)gewenste gedragspatronen, naar facilitering van effectieve strategieën en tenslotte naar de toepassing in de dagelijkse conversatie.

Vanuit het constructivistische gedachtegoed is de aandacht meer gericht op de onderliggende strategieën die de PMA onbewust inzet ter compensatie en minder op het gedrag zelf. Het artikel beschrijft de therapeutische technieken die nodig zijn om het therapie-effect tot stand te brengen. Om te beginnen gaat de therapeut de discussie aan met de PMA (en directe naaste) over de ongewenste gedragspatronen die de communicatie nadelig beïnvloeden en laat dan de PMA het gedragspatroon zelf evalueren. Via modelling geeft de therapeut tijdens de conversatie het goede voorbeeld, waarna in de laatste fase via shaping het gewenste gedrag bekrachtigd en ongewenste gedrag ontmoedigd wordt. Tijdens het gesprek of conversatie geeft de therapeut feedback aan PMA over het wel/niet effectief inzetten van een bepaalde techniek en vervolgt daarna het gesprek. Zo blijft de betekenisvolle context tijdens de sessie gehandhaafd.

De beschreven principes gaan uit van face-to-face gespreksvoering, waarbij de ene reactie de volgende uitlokt en welke gebaseerd is op constante onderhandeling. Succesvolle interactie vraagt om effectief gebruik te maken van talige, maar ook niet-talige cognitieve vaardigheden en het kunnen inzetten van sociale strategieën. In de benadering gaat het minder om het accuraat overbrengen van de boodschap maar meer om het succesvol overbrengen van de bedoelde uiting.

Methoden & procedures

Damico et al. beschrijft naast de theoretische basis, de praktische richtlijnen voor de organisatie, het ontwerp en de implementatieprocedure.

Een case study verheldert de implementatie van de benadering en zoekt antwoord op twee vragen:

  • Vermindert deze aanpak gericht problematisch gedrag in gesprekken?
  • Verhoogt deze aanpak het gebruik van effectieve strategieën tijdens gesprekken?

Om een therapie-aanpak te ontwerpen worden constructivisme en conversatieanalyse ingezet. Deze omvat de procedure voor analyse en verschillende strategieën om een ​​therapeutisch effect te bereiken tijdens een authentiek gesprek.

De casus betreft een hoogopgeleide man (63) met een matig ernstige motorische afasie als gevolg van een CVA in linkerhemisfeer. Via een ambulant traject krijgt hij 8 maanden logopedie, totdat vooruitgang stagneert. Op 16 maanden post-onset meldt de man zich opnieuw met een hulpvraag. Hij is weer aan het werk maar ervaart communicatieproblemen doordat hij in gesprekken zaken mist en moeite ondervindt in het op gang houden van een gesprek. Het spontane spreken kenmerkt zich door haperingen ten gevolge van woordvindpauzes, agrammatisme, omissies en onjuiste woordkeuze. Gesprekken verlopen door de lange woordvindingspauzes vaak onbevredigend, omdat de man geen andere effectieve strategieën inzet en zich blijft fixeren op het vinden van het doelwoord.

De man krijgt 12 weken lang twee sessies van 45 minuten met de FAC-interventie. Sessies worden ter evaluatie op beeld opgenomen en geanalyseerd.

De therapeut die FAC inzet analyseert de gegevens stapsgewijs:

1. Opname laten maken van een spontaan gesprek tussen een PMA en een gesprekspartner (niet in bijzijn van therapeut).

2. Beluisteren en eventueel transcriberen van de opname van het gesprek om helpende en niet-helpende gedragspatronen binnen de conversatie te detecteren.

3. Definiëren en duidelijk beschrijven van de geobserveerde gedragspatronen.

4. Bepalen van de effecten van het gedrag op het verloop van de conversatie.

Resultaten

Met behulp van kwalitatieve en kwantitatieve technieken die zijn afgeleid van conversatieanalyse, wordt bewijs voor verandering binnen conversaties aangetoond.

Er zijn aanwijzingen dat deze interventiemethode heeft bijgedragen aan het veranderen van het conversatiegedrag van onderzochte PMA in de case study. Hoewel FAC geen stoornis-gerichte aanpak is, kwam uit de case study toch een reductie van woordvindingsproblemen naar voren. De aanpak richtte zich bij onderzochte man primair op het effectief leren inzetten van gebaren tijdens een gesprek, in plaats van het laten vallen van stiltes. Secundair was de aandacht gericht op het bevorderen van effectief gebruik van zelfverbeteringen bij onjuiste woordkeuze tijdens een gesprek.

De twee conversatiestrategieën die werden benadrukt via verschillende specifieke therapeutische technieken, bleken 19 maanden na het begin specifiek problematisch conversatiegedrag te hebben verminderd.

Conclusies

Het artikel beschrijft een innovatieve therapeutische benadering die authentieke conversatie gebruikt als het primaire vehikel voor interventie. De studie geeft inzicht in de wijze waarop een gestructureerde constructivistische aanpak met FAC een effectieve interventie blijkt om de conversatievaardigheden van PMA te verbeteren.

De case study die bij deze beschrijving wordt geleverd, toont dat geïdentificeerd problematisch gedrag kan worden gewijzigd door het inzetten van de beschreven methode. Door PMA bloot te stellen aan nuttige strategieën lijken conversatiebarrières overwonnen te kunnen worden. De benadering is nog in een ontwikkelingsfase.

Naar aanleiding van het artikel

Begeleid jij PMA in jouw werksetting met conversatie-strategieën en hoe meet je vooruitgang?

 

Florence Kraak, logopedist Zorgbalans

vrijdag 20-12-2019

in categorie:

Geen reactie

Geef je reactie

Laatste reacties

Webshop

  • Bestel online voorlichting, spel- en oefenmaterialen, de Afasie Nieuwslezer, Top! 2Games, Top! Woordvinding en meer.

    Webshop

Als deelnemer heb je toegang tot

Steun Stichting AfasieNet
met een donatie