Een jaar geleden...
Afgelopen maand was het een jaar geleden dat ik een telefoontje uit het buitenland ontving…
Het was het begin van augustus, zomervakantie en ik was met onze 2 kinderen van toen 5 en 7 jaar, samen met mijn beste vriendin, naar de Efteling. We zouden daar 2 nachtjes verblijven in Bosrijk.
9 jaar getrouwd
Matthijs en ik waren die dag 9 jaar getrouwd en we hadden elkaar nog een berichtje gestuurd: “Still going strong 💪” kreeg ik terug. Het was daar nu natuurlijk nacht en ik wist dat hij goed aangekomen was. Matthijs zat in The Grand Canyon, in de buurt van Las Vegas, waar hij naar een congres zou gaan en daar, omdat hij er toch was, ook wat leuke omliggende plekken zou bezoeken. Hartstikke leuk natuurlijk. Daarom gingen wij ook gezellig een paar nachtjes weg.
Onbekend nummer
Terwijl we aan het begin van de avond naar een show zitten te kijken, krijg ik een bericht van een onbekend nummer… “Hi Ilona, Ik bel je zo even in WhatsApp. Heb je een moment dat je rustig kunt praten?”… Dit vind ik een vreemd bericht. Zou het van een ouder van een cliënt zijn, die iets met me wil bespreken voor na de vakantie? “Toch maar even Google’en van wie dat nummer is.”, denk ik. Het blijkt de collega van Matthijs te zijn. Dan weet ik eigenlijk meteen dat er iets mis is. Ik vraag aan mijn vriendin of zij met de kinderen wil blijven zitten, zodat ik even kan bellen. “O nee, hij zal toch niet gevallen zijn tijdens een wandeling, en zijn been gebroken hebben hè!”
Beroerte
Ik hoor “Matthijs heeft een beroerte gehad.” Dit is dus het moment dat spreekwoordelijk “de grond onder je voeten verdwijnt”. Als een soort van mist die ineens optrekt. Rond je hele lijf. “Hij is geopereerd en ligt op de intensive care in het Henderson Hospital.” Daarbij nog een stuk verhaal, dat eerlijk gezegd vrij vaag is in mijn herinnering. Ik weet nog wel dat ik het nummer van het ziekenhuis vraag en zeg dat ik het even laat bezinken en het ziekenhuis ga bellen.
Ik vertel kort aan mijn vriendin en de kinderen dat papa in het ziekenhuis ligt. En dat we daarom alvast naar het hotel gaan, zodat ik wat telefoontjes kan plegen, om bijvoorbeeld te vragen hoe het met hem gaat. Als ik vraag of er iets is wat ze nog het allerliefst willen doen, voordat we daar naartoe lopen, zeggen ze: “een lolly kopen!” Mijn vriendin neemt de kinderen daarvoor mee naar het winkeltje en ik probeer het ziekenhuis te bellen.
Vriendin mee
Ik krijg uiteindelijk in het hotel “the nurse” van de IC te pakken (wat even duurt omdat zij niet vanuit Amerika naar Europa mag bellen) en zij vraagt of ik kan komen. Natuurlijk! Ik schakel om, bel een oom van mij die in het buitenland woont en vraag wat ik nodig heb om ASAP naar Amerika te vliegen.
Daarna denk ik: “Nu moet ik zijn ouders bellen…” Ook al is het ondertussen laat, dit moeten ze weten. Ik vertel ze dat ik er heen ga. Ze accepteren voor zichzelf dat dit voor hen eigenlijk geen doen is en leggen hun vertrouwen bij mij. Ze vinden het heel fijn dat ik er zo snel mogelijk heen ga. Ondertussen geeft mijn vriendin subtiel aan dat ze wel met me mee wil vliegen: “Neem je nog iemand mee?” Mijn reactie daarop is: “Ik kan de kinderen niet meenemen….” Als ik mijn eigen vader spreek die vraagt of zij niet met me mee wil gaan, geeft ze aan dat ze dat eigenlijk bedoelde maar zich niet op wilde dringen… Dat ik dit gemist heb! Heel erg graag!!
Tekening voor papa
We vertrekken uit Bosrijk, leggen de kinderen uit dat we hier niet kunnen blijven. Dit vinden ze erg jammer! Maar als ik vertel dat ze dan misschien wel bij opa en oma mogen blijven slapen, worden ze al blijer. Ik rijd naar mijn ouders en leg de kinderen daar in bed. Samen met mijn vader en mijn vriendin zijn we de hele nacht bezig om visa aan te vragen, vliegtickets en een hotel te boeken. We hebben nog 2 uur over. Ik breng mijn vriendin naar huis, die haar grotere koffer gaat pakken, ik pak mijn eigen koffer in en heb dan nog een uur over. Dit uur gebruik ik om terug naar het huis van mijn ouders te lopen en kruip nog lekker even een half uur bij de kinderen in bed. In het laatste half uur leg ik ze uit dat ik, samen met Anne naar Amerika, naar papa ga om voor hem te zorgen. Als mijn dochter vraagt hoe lang dat kan duren zeg ik. “Ik denk wel 5 dagen..” Dit is voor mijn kinderen al erg lang, omdat zij nog nooit langer dan 1 nacht zonder mij in de buurt hebben geslapen. Ze maken gauw een tekening voor papa. Die neem ik mee. Dan brengt mijn vader ons naar het station en begint de onzekere tijd.
Trots en dankbaar
Grote vragen die ik mij heb gesteld zijn:
– Hopelijk kan Matthijs voor een stukje zijn werk weer doen! (zijn identiteit)
– Waar staan we over een jaar?
Dit laatst genoemde is nu zover. En wat ben ik blij dat we staan waar we nu staan en trots op wat Matthijs heeft bereikt, maar ook wat we samen hebben bereikt!
Dankbaar voor mijn vriendin die met mij meeging en een enorme steun voor mij is geweest. Dankbaar voor het ziekenhuis waar hij verbleef en het lieve personeel dat zo zijn best voor ons deed.
Dankbaar voor onze familie die ons heeft geholpen waar mogelijk en er nog steeds voor ons is. Dankbaar voor de collega’s van Matthijs die er voor hem waren toen het nodig was en voor diegenen die er nog steeds voor hem zijn.
En natuurlijk ook voor degenen die er voor mij waren en nog steeds zijn.