Science of Aphasia 2024 – Genève

Van 9 t/m 12 september vond de Science of Aphasia 2024 plaats in Genève, Zwitserland. Onderzoekers, klinisch linguïsten, logopedisten, professoren, artsen en studenten van over de hele wereld kwamen voor vier dagen samen om recente inzichten en ontwikkelingen te presenteren en te bespreken op het gebied van (recent) afasie-onderzoek.

Aphasia through time and space

Het thema van dit jaar was: Aphasia through time and space. Dit kwam tijdens de verschillende presentaties en pitches naar voren: PPA, CVA, hersentumoren, kinderafasie, perinatale beroertes, meertaligheid, taalevaluatie…

Michelle van Steijn, onderzoeker in opleiding en logopedist in het ErasmusMC, was op kosten van de SAN twee van de vier dagen aanwezig om naar interessante key-note sessies te luisteren en haar onderzoek te presenteren middels een posterpresentatie. Ze schreef een beknopt verslag van een aantal interessante lezingen die ze tijdens de Science of Aphasia heeft bijgewoond en over haar eigen project.

Dag 2

Op dag 2 vertelde Claudia Peñaloza (Barcelona, Spanje) over het aanleren van nieuwe woorden bij afasie en hoe dit relevant is voor therapie. Het aanleren van een nieuw woord gebeurt door spraaksegmentatie: het vermogen om een woord te isoleren uit vloeiende spraak. In woordvindingstherapie gebeurt dit door een combinatie van semantische en fonologische therapie. Het semantisch en fonologisch kortetermijngeheugen (KTG) zijn verschillende componenten van het verbale KTG. Beide processen ondersteunen de representaties in het langetermijngeheugen (LTG).

Sofia Valilla-Rohter (Boston, US) vertelde over strategieën in de revalidatie van mensen met afasie. Zo bestaat er het RTSS (Rehabilitation treatment specification system), welke bestaat uit een aantal leerstrategieën:

  • errorless learning – nauwkeurig benoemen (bijv. dit is appel)
  • effortful learning – Gated Hebbian learning (bijv. wat is dit?)
  • retrieval practice – eerst errorless, dan effortful

Er zijn verschillende studies waarbij deze strategieën zijn onderzocht bij mensen met afasie, in combinaties met het geven van cues (semantisch/fonologisch/orthografisch), en het geven van feedback (impliciet/expliciet, direct/indirect) en de intensiteit van de therapie (hoe vaak, aantal sessies). Hieruit bleek onder andere dat oudere mensen meer gebaat waren bij het krijgen van directe feedback (binnen 6 sec). Daarnaast zijn foutpatronen belangrijk om mee te nemen in het opstellen het geven van therapie, omdat ze inzicht geven in de leerstrategieën.

Femke Nouwens (Rotterdam, NL) vertelde over kinderafasie. In Rijndam Revalidatie wordt onderzoek gedaan naar verworven taal- en communicatieproblemen bij kinderen (kinderafasie). Omdat dit een zeldzame aandoening is, is er nog weinig bekend over dit fenomeen en de behandeling hiervan. Het komt op bepaalde vlakken overeen met een “volwassen afasie”, maar omdat veel kinderen nog in hun taalontwikkelingsfase zitten en hierin een “breuk” ontstaat, is de diagnostiek en behandeling hiervan toch anders. Voor volwassenen zijn er tal van gestandaardiseerde testen en behandelmaterialen, waar dit voor kinderen met een afasie niet het geval is. Dat maakt het een uitdaging voor de logopedist/klinisch linguïst, het kind en de ouder! Rijndam is bezig met het opstellen van een landelijk register voor het  vastleggen van gegevens van kinderen met afasie.

Dag 3

Op dag 3 werd er ook aandacht besteed aan kinderen, dit keer door Peter Turkeltaub (Georgetown, US). Zijn presentatie ging over perinatale beroertes en de lateralisatie van taal in de hersenen. Uit fMRI-onderzoek is gebleken dat kinderen na een perinatale beroerte in de linkerhemisfeer, rechter hemisferische taal-activatie lieten zien. Dit komt omdat een baby-brein heel erg plastisch is, waardoor de rechter hemisfeer goed kan ondersteunen tijdens de ontwikkeling en functies van de linker hemisfeer kan overnemen. Maar hoe zit dit dan voor volwassenen? Bij volwassenen is er eenzelfde soort overname van de rechter hersenhelft, maar wel in mindere mate dan bij baby’s wordt gezien.

Daarnaast vertelde Antonio Benítez Burraco (Sevilla, Spanje) over de evolutie van taal en wat ons DNA ons mogelijk kan vertellen over taal- en spraakevolutie. Deze evolutie kan verklaren waarom taal in bepaalde patiëntengroepen aangedaan kan zijn. Dit heeft te maken met “self domestication”, was verwijst naar het proces waarbij menselijke gemeenschappen sociale en gedragsmatige aanpassingen ontwikkelen die lijken op die van dieren. De evolutie van taal wordt gezien als een resultaat van self domestication, aangezien effectieve communicatie essentieel is voor samenwerking tussen mensen.

Postersessies

Elke dag waren er rond de lunch postersessies. Deze begonnen met een korte pitch, gevolgd door een postersessie tijdens de lunch. De sessies waren leuk en inspirerend, er werden veel verschillende onderzoeken gedeeld, belangrijke resultaten besproken en natuurlijk genetwerkt.

Op dag 3 nam Michelle van Steijn, onderzoeker in opleiding en logopedist/klinisch linguïst in het ErasmusMC (afdeling Neurochirurgie) ook deel aan deze postersessie.

Zij presenteerde haar onderzoek “Digital language testing in low-grade glioma patients” middels een pitch, gevolgd door een postersessie waar zij in gesprek ging met geïnteresseerden over de ontwikkeling van DIMA-app en MULTIMAP-NL.

Digitale taaltesten bij LGG-patiënten – Patiënten met primaire hersentumoren (gliomen) vertonen vaak subtiele taalproblemen, die een ernstige impact kunnen hebben op de kwaliteit van leven, terugkeer naar werk en het alledaagse leven. Gliomen zijn hersentumoren en kunnen laaggradig en hooggradig zijn. Laaggradige gliomen groeien langzaam en groeien vaak in belangrijke gebieden voor taal, cognitie en sensomotoriek. Vanwege de langzame groei en neurale plasticiteit van laaggradige gliomen, vertonen patiënten vaak subtiele taalstoornissen en worden deze vaak niet vastgesteld vanwege een gebrek aan geschikte taaltesten. Dit kan ernstige gevolgen hebben voor de kwaliteit van leven. De DIMA: Diagnostisch Instrument voor Milde Afasie is ontwikkeld en gestandaardiseerd als Nederlandse testbatterij om een milde afasie vast te stellen bij glioompatiënten. De DIMA onderzoekt de belangrijkste linguïstische niveaus: fonologie, semantiek en (morfo)syntaxis, bij zowel taalbegrip als taalproductie. De DIMA bestaat uit 4 taken voor taalproductie: nazeggen ((non-)woorden, en zinnen), semantische odd-picture-out, zinnen aanvullen en voor taalbegrip: zinnen beoordelen op alle linguïstische niveaus. Omdat het in een dagelijkse klinische setting veel tijd kan kosten om pen-en-papier af te nemen en te scoren, zijn we bezig met het ontwikkelen van een digitale versie van de DIMA: DIMA-app. Met een digitale test kunnen scores (semi-)automatisch worden berekend en kunnen reactietijden nauwkeuriger worden gemeten. Omdat mensen met een milde afasie vaak ook woordvindproblemen ervaren, wordt er ook een digitale benoemtest ontwikkeld, de Nederlandse adaptatie van MULTIMAP.

Reisbeurs SAN

Michelle van Steijn ontving een reisbeurs van Stichting Afasie Nederland (SAN).

Geef een reactie

woensdag 02-10-2024

in categorie:

Geen reactie

Geef je reactie

Laatste reacties

Webshop

  • Bestel online voorlichting, spel- en oefenmaterialen, de Afasie Nieuwslezer, Top! 2Games, Top! Woordvinding en meer.

    Webshop

Als deelnemer heb je toegang tot

Steun Stichting AfasieNet
met een donatie