Zonder woorden
Het hebben van afasie heeft per definitie invloed op je kwaliteit van leven. Soms door de afasie op zichzelf, maar veel vaker door de invloed die het heeft op andere belangrijke zaken, zoals zelfstandigheid, sociale contacten, werk.
Elke keer dat ik mezelf dit hoor zeggen, zijn er een aantal personen met afasie die door mijn hoofd schieten. Drie in het bijzonder die het leven ten volste omarmen en die oprecht heel tevreden zijn met hun huidige leven. “Anders, niet slechter” zoals ze dat zelf aangeven. Maar ook drie in het bijzonder die het leven willen verlaten. Voor wie het onverteerbaar is dat het leven nooit meer wordt zoals het was: dat zij nooit meer zullen zijn wie ze waren. Met alles wat daar bij hoort.
Bij de laatste groep is er één ding wat me telkens weer zo treft: er ‘moet’ over gepraat worden. Maar hoe doe je dat als iemand nauwelijks praten kan? Hoe doe je dat als je de gedachten niet kunt lezen? Dan zoek je andere manieren om iemand zich te laten uiten en voeg jij waar nodig de woorden toe. Waar nodig. Want soms zijn die woorden niet nodig. Soms hoeven die woorden er niet te zijn. Gisteren liet een prachtige dame met afasie mij dat maar weer ervaren…
De afgelopen twee weken ben ik veelvuldig geconfronteerd met verlies, ziekte en de dood. Om mij heen vielen mensen weg. Om mij heen stonden harten stil. Om mij heen kozen mensen voor de dood of werden ze er door getroffen.
Toen ik dacht dat ik weer door kon, ging ik naar deze dame om iets eenvoudigs te bespreken. Ze keek dwars door me heen, legde haar hand op mijn arm en gaf een zacht kneepje. Haar blik en gebaar zeiden meer dan duizend woorden en het verdriet mocht er zijn…
Soms zijn woorden overbodig.