Deel 1
Woord,
jij bent er.
Met elke uitgesproken zin voel ik jouw aanwezigheid.
Jij bent degene die mij identiteit geeft.
In jou leven mijn gedachten en gevoelens.
Zonder jou, ben ik niets.
Maar woord,
jij bent er niet.
In stiltes tussen zinnen,
op momenten waarop niets gezegd wordt,
verdwijn je.
Je wordt mist,
je raakt verloren in de leegte.
Jij bent er, en toch niet.
Jij bent een onzichtbare aanwezigheid,
een stille stem,
soms een schreeuw zonder geluid
die de wereld doet trillen.
Deel 2
Woord,
jij bent waarheid.
Met elke uitgesproken zin
breng jij helderheid,
laat jij mij de essentie zien.
Maar woord,
jij bent ook een leugen.
Soms leid je mij af,
vervorm je de werkelijkheid,
houd je mij weg van de waarheid.
Jij draagt beide in je:
waarheid en misleiding.
Een dubbele schat
die, afhankelijk van mijn blik,
redding kan zijn
of bedrog.
Deel 3
Woord,
met elke zin die jij vormt,
open jij een pad.
Jij bent een teken,
een brug tussen gedachten en betekenis.
In jou vind ik richting,
jij laat mij zien waar ik ben,
waar ik naartoe ga.
Maar woord,
jij bent ook dwaalspoor.
Soms breng jij geen helderheid,
geen richting,
slechts verwarring.
Jij leidt mij af,
laat mij verdwalen,
en wanneer ik licht het meest nodig heb,
laat jij mij achter in de mist.
Jij kunt helderheid brengen.
En jij kunt misleiden.
Jij bent zowel een wegwijzer,
als een pad naar het onbekende.
Deel 4
Woord,
jij bent vreugde.
Soms, één enkel woord van jou,
kan een glimlach brengen,
kan een hart verlichten,
kan een duister moment redden.
Jij kunt een bries zijn
op een vermoeide ziel,
een vertrouwd lied
in een wereld van stilte.
Maar woord,
jij bent ook verdriet.
Verborgen,
tussen zinnen,
of luid, in een schreeuw.
Jij kunt een wond slaan
die niet het lichaam,
maar de ziel doet beven.
Jij bent vreugde en pijn.
Een balsem,
en soms
zout op een open wond.
Deel 5
Woord,
jij bent goddelijk.
In het begin was jij er,
en zonder jou kan niets beginnen.
Jij bent schepping.
Door jou krijgt de wereld betekenis,
en zonder jou
is er geen naam voor iets.
Jij stroomt door stemmen,
door geschreeuw,
door gefluister,
door gebed en opbiechten.
Jij bent een boek
dat eeuwenlang de mens heeft gevormd,
in verhalen die harten hebben doen beven,
en in gedichten die zielen hebben gekalmeerd.
Jij bent een pad en een doodlopende weg.
Een rivier,
een stille vijver.
Jij bent kracht,
boven de mens,
en soms
een stilte waarin God ademhaalt.
Deel 6
Woord,
jij kunt een muur zijn
tussen harten.
Jij kunt een wond slaan
die een brug vernietigt,
die stilte oplegt tussen twee mensen.
Maar woord,
jij kunt ook een omhelzing zijn.
Soms is één zin van jou
genoeg om opnieuw verbonden te worden,
om te helen,
om vrede te sluiten,
om een omhelzing zonder wrok te geven.
Jij stoot af,
maar jij trekt ook aan.
Jij bent pijn,
maar jij bent ook genezing.
Deel 7
Woord,
jij bent stilte en jij bent tumult.
Jij bent als druppels die zachtjes op de ziel neerdalen
en zonder geluid trilt.
Jij kunt stil zijn, toch betekenis geven.
Jij kunt ook een schreeuw zijn,
een tumult in de menigte.
Jij kunt bedrog zijn,
maar ook ontwaken,
waarheid in chaos,
chaos vermomd als waarheid.
Jij bent stilte
die soms doordringender dan een schreeuw is.
En jij bent tumult
dat soms niets zegt.
Deel 8
Woord,
met elke zin die wij uitspreken
wordt een wereld gecreëerd,
of vernietigd.
Jij kunt een huis zijn,
puin,
een muur,
of een venster.
Jij kunt wonden slaan
en diezelfde wonden helen.
Jij kunt liefde laten bloeien,
of haat laten branden.
Woord,
jij bent een wapen in onze handen, of een licht dat ons de weg wijst.
Hetzelfde woord dat een wereld opbouwt,
kan haar ook laten instorten.
Deel 9
Woord,
ik schreeuw jouw naam in mijn hart,
ik zoek jou in mijn gedachten…
Waar ben jij?
Waarom verberg jij je?
Jij bent dichtbij,
maar vaag,
zoals mist op een spiegel,
zoals een stem in een droom
die meteen verdwijnt.
Ik voel jou tussen mijn hartslagen,
in de warmte van mijn adem,
maar ik kan jou niet zien,
ik kan jou niet bereiken,
ik kan jou niet vinden.
Woord,
jij bent dichtbij…
zo dichtbij dat ik jouw afwezigheid
meer dan ooit voel.
Deel 10
Woord,
waar ben jij heen gegaan?
Zelfs jouw voetstappen zijn verloren in de wind.
Jij bent vertrokken zonder een spoor,
zelfs jouw schaduw is niet langs het raam gegaan.
Zag jij mijn tranen niet…
of zag jij ze, en sloot jij jouw ogen?
Ik wacht op jouw terugkeer,
op het woord dat jij bent.
Telegram
Bij interesse kun je contact opnemen met Farideh via Telegram: